Homenaje a Bach 1996
Eduardo Chillida
Terracotta H= ca. 40 cm
S. Sebastian, Chillida Leku
Waarom is deze hommage voor Bach eigenlijk een boek? Is het een hommage voor, of een hommage aan, of een hommage van? Meestal spreken we van een hommage ‘brengen’ of ‘brengen aan’. In het Spaans (of Baskisch) a : “hommenaje a Bach" noemt Eduardo Chillida zijn terracotta boek. In de middeleeuwen was de hommage een belangrijk ritueel, waarbij de vazal zijn trouw beloofde aan zijn heer. Het kan zijn dat Eduardo zich trouw wilde verbinden aan Johan Sebastian, maar waarom dan een boek en niet een paar handen, zoals dat hoorde bij het middeleeuwse ritueel?
Bach schreef veel, dat is bekend. Stapels handschriften van zijn hand zijn verzameld en bestudeerd. Zelfs is er sprake van een lesmethode in een ‘Buchlein’. Maar het zal er niet zo hebben uitgezien als deze terracotta. Dus moet het boek vooral symbolisch worden opgevat: met alle betekenissen rond het begrip ‘boek’. Waarbij natuurlijk de eerste luidt: informatiedrager. Dit boek zou informatie kunnen bevatten over Bach, maar ook van Bach zelf. Alleen… het is een gesloten boek, een kleiboek, een gebakken boek, een boek dat nooit meer kan worden opengedaan en waarvan we dus nooit zullen weten welke informatie het bevat.
Behalve dan als we de buitenkant interpreteren. De dubbele lijn die ingekerfd is in wat de kaft had kunnen zijn. Een kaft die daardoor meteen wint aan dikte, aan massa, waardoor het mogelijk aantal bladzijden, de informatie, slechts weinig kan zijn, maar misschien des te kostbaarder is.
De kerven in de kaft die enigszins doen denken aan zo’n blad van Bach, zoals de hier afgebeelde, door Bach zelf vervaardigde kopie van het orgelwerk An Wasserflüssen Babylon van Johann Adam Reincken.
Wonderlijk. Deze handgevormde massa klei die de gedaante heeft aangenomen van een boek, deze massa grofkorrelige aardbodem die het verzengende vuur heeft overleefd zonder uiteen te spatten, is nu door de combinatie van zijn titel en de kerven op de buitenzijde, aanleiding geworden tot een zoektocht naar J. S. Bach, in plaats van naar het waarom van deze vorm. Waarom een boek en geen pianola, of fluit, harp, viool of paartje vrolijk kwinkelerende vogeltjes?
Laten we verder zoeken. Stel, het is geen boek over Bach en ook geen boek wat Bach zelf heeft geschreven, was het dan misschien een boek dat belangrijk was voor Bach? Zo belangrijk dat we de kerven kunnen lezen, niet als krassen van Bach in de kaft, maar als littekens die het boek in Bach zelf heeft achtergelaten, een omdraaiing waarmee de beeldhouwer de sporen laat zien die het boek in de componist heeft achtergelaten? Dan kan het maar één boek zijn: de bijbel. De bijbel die Bach als gelovig Lutheraan bestudeerde en waaraan hij zijn beroemdste composities ontleende. De bijbel die door de beeldhouwer werd herkend als belangrijkste inspiratiebron voor het muzikale oeuvre, het oeuvre dat hemzelf veelvuldig inspireerde.
Dit is zoeken naar de betekenis van een sculptuur. Een figuratieve sculptuur nog wel. Een sculptuur die geen sokkel nodig heeft, een sculptuur die uit zichzelf in evenwicht blijft staan, massief rustend op de bodem, een sculptuur die geen letterlijke nabootsing is van een bekend voorbeeld, of misschien gedeeltelijk, maar in ieder geval als nabootsing het voorbeeld vervangt en die vervanging toont in details, details die verwijzen naar een andere betekenis dan die van het bekende voorbeeld. Niet de bijbel, maar de bron. Niet de kaft, maar de sporen. Niet wat er te zien is, maar dat wat daarachter verborgen ligt. Een ding als een ander, maar met een andere invulling. De gedachtegang van de beeldhouwer, de beeldhouwer die we nu beter leren kennen.
We kunnen het hem niet meer vragen, of dit werkelijk was wat hij bedoelde. Toto nog toe staat er ook niets over in zijn notities, of in de interpretaties van andere auteurs. En het is nog maar de vraag of hij antwoord gegeven zou hebben. Want meestal vindt de beeldhouwer het best, wanneer je een eigen interpretatie vindt. Misschien zou je kunnen proberen iets van hem los te krijgen met een andere vraag: “Zeg Eduardo, waarom heb je dat terracottaboek zo precies voor dit raam neergezet?” Maar ook daarop zou hij iets geantwoord kunnen hebben van “omdat het licht hier het beste is” of een ander antwoord waarin het woord boek of bijbel niet voor zou komen.
Wat is de werkelijke betekenis van de dingen, is de kwestie, en daarop volgt onmiddellijk de vraag: en voor wie is die werkelijke betekenis dan de werkelijke betekenis? Ik weet het niet en ik houd het open: vast en zeker ontmoet ik in de toekomst een andere mening, eentje die mij blij zal maken, omdat de werkelijke betekenis misschien altijd een andere is.