En komt tot de conclusie dat ze beide werelden wil bedienen, niet zonder de een en ook niet zonder de ander kan. Op dit moment werkt ze aan een gezamenlijk project van de Technische Universiteit Twente in Enschede, vakgroep BIOS, met een aantal nano-technologen. Maar tegelijkertijd werkt ze aan een schetsontwerp voor Windesheim in Zwolle. En aan een sculptuur voor onze tentoonstelling bij Ars.
Materiaal is belangrijk. In haar atelier werkt ze veel met textiel, maar voor de buitenbeelden moet ze zich bekwamen in polyester en polyethyleen, omdat de beelden ‘hufterproof’ moeten zijn en duurzaam. Textiel is buiten te kwetsbaar. Daarom heeft ze een aantal textielen gemaakt die ze in polyester heeft gedoopt om ze te verduurzamen. Voorlopig zijn ze goed gelukt, want ze zijn nog lekker “vlezig”.
Ze bestaan uit opgevulde panty's, die door rekken en trekken, maar ook met de naaimachine insnoeringen met uitstulpingen laten zien. Ze balanceren tussen sexy en eng. Ze gaan over inhouden en ontbotten. Er is een voortwoekerende uitbraak te zien die zich nauwelijks laat beteugelen. Een vleselijk gevecht om de macht, in een uitdijend gezwel dat op knappen staat.
Het ontwerp voor Leiden is nog niet af. Maar ik vermoed dat het een soort vervolg zal worden op haar “On the origin of species’ uit 2009. Wat ik gezien heb maakt me benieuwd.
Zie ook Petra's website: http://www.petragroen.com/artworks/sculpture
Abonneren
Rapporteer
Mijn reacties