Over die tekst schreef ik al in mijn blog Ruimte, Chillida en Caro 13 (29 oktober - 7 december 2011) en verbond die met een kleine sculptuur Het huis van de dichter. In de tentoonstelling in Münster is die sculptuur afwezig. Twee andere met dezelfde titel zijn er wel aanwezig, waarvan de ene te zien is op de foto hierboven en de andere op mijn blog Ruimte, Chillida en Caro 14 (21-11-2011).
Onze beschouwingen over de tentoonstelling werden overigens overschaduwd door een demonstratie van neo-nazi’s en een tegendemonstratie met zwaar politie-escorte, die buiten het centrum van de stad naar de Hauptbahnhof werd geleid. In de stad was door middel van grote spandoeken wel te zien hoe de gemeente Münster over de neo-nazi’s denkt, in de hoop de stad van alle verdenkingen te vrijwaren. Münster staat op de 4e plaats van de meest geliefde steden in Duitsland en dat willen ze zo houden. Wij, kunstliefhebbers, leken ons in het Picassomuseum in een totaal ander domein te bevinden dan in dat van het alledaagse leven met alle tegenwoordige politieke spanningen. Beeldende kunst geeft wel degelijk de mogelijkheid die verschrikking te ontvluchten en biedt troost door haar tegenwicht tegen deze stammenoorlogen. Maar juist deze demonstraties tijdens de bestudering van het geschrift van Martin Heidegger, die door velen wordt verdacht van nazi-sympathieën, maakte het bezoek enigszins sinister.
Intussen was op de litho’s van Chillida de spanning te zien tussen ruimte en leegte. Op de foto hiernaast is zichtbaar hoe de tekst is afgebeeld naast de litho’s die bestaan uit twee kleuren: zwart voor open vormen en oker voor de ruimte/leegte daartussen. Linksonder op de foto is te zien hoe Heidegger de tekst op de steen schrijft, in zijn onwaarschijnlijk regelmatige, bijna gotische handschrift. Het werk verscheen in de herfst van 1969 in een oplage van 150 exemplaren, alle ondertekend door de filosoof en de kunstenaar, hoewel alleen in de eerste 25 exemplaren de litho’s van Eduardo Chillida zijn bijgevoegd.