De benen zijn licht gespreid, de linkerheup is naar voren uitgedraaid, de rechterknie daar nog vooruitstekend terwijl het onderbeen en de voet wijken tot achter de tors. De borstkas welft zo ver terug dat de linkerschouder boven de linkerheup ligt. De beheerst draaiende houding straalt waakzame rust uit, die elk moment om gezet kan worden in beweging, als deze imperator dat nodig vindt. Je loopt om hem heen omdat je de andere kant wil zien. | ||
Schuin van achteren is hij zo mogelijk nog indrukwekkender. Ruim drie meter hoog, vooruitbewegend, het bovenlichaam wegdraaiend naar rechts, de strenge godenkop met baard naar links, heersend over de ziedende golven, standvastig in zijn naakte godenlichaam. Billen en spieren geprononceerd, vol atletische spanning onder de gladde huid. Nog iets verder doorlopend, ontwaar je de perfecte boog van de schouders die de iets naar voren staande hals schraagt. De steile, enigszins naar achteren wijkende drietand, wordt met de rechterhand omvat alsof hij geen gewicht heeft. | ||
Vanuit deze hoek komen ook de bengeltjes mooi uit, die alle vier wulps draaiend een vis leeggieten in het onder hun voeten gelegen bassin. | ||
Daar rijden op alle vier de hoeken van de sokkel meerminnen, terwijl ze uit volle borsten om het hardst water spuiten, met gespleten staart, het kruis zedig toegedekt met een schelp, op dolfijnslakken. Die spuiten uit hun neusgaten waterstralen hoog op, zodat het alom geklater is van kostbaar water in de zinderende middag. Tussen hen in staan tegen de sokkel nog vier schelpvormige bassins op consoles boven leeuwenkoppen. Puttihoofdjes boven de schelpen en de leeuwenbekken eronder spuiten even enthousiast water uit hun monden, terwijl volle schelpen boven de hoofden van de meerminnen overlopen en aan weerszijden van hun hoofd water naar beneden laten druppen. | ||
Zo heb je een heel bouwkunstig werk van een vierverdiepingen console in een onregelmatig inspringend waterbassin, vol zeegoden en zeedieren, aan de voet van de Apennijnen. Neptunus en de vier grote wereldrivieren als een spiegel van de grote Neptunusfontein in Florence. Je zou ze naast elkaar willen zien, hier in Bologna. | ||
Maar in je geheugen is die Neptunus in Florence een stijve hark vergeleken met deze in Bologna en zijn de riviergodinnen lang niet zo uitdagend als deze, om maar te zwijgen van de saters in Florence, die niets hebben van de lol van deze ondeugende putti hier, nee, blijf nog maar even in Bologna en geniet van het vlees dat hier uit het brons spat, en van de erotische beloftes die het beeld je voorhoudt. | ||
Dit is de beeldhouwer, getekend door onze eigen ‘Goltzius’, en bewaard in Teylers museum in Haarlem. Verbasteren van namen was in, in die tijd, en onze beeldhouwer, Jan van Boulogne uit Vlaanderen, noemde zich al gauw in Italia ‘Giambologna’. Jan van Bologna, zou je denken, alsof Boulogne hetzelfde is als Bologna. Maar de Romeinen noemden Boulogne ‘Bononia’ en wij noemden het ‘Beunen’. Het is trouwens zeker dat Jan daar niet geboren is, maar in Douai. Hij werkte vanaf 1552 voor de Medici in Florence en maakte deze Neptunusfontein pas in 1566, volgens sommigen geïnspireerd door Michelangelo’s Vittoria. Afijn, het bologna van Giam wijst toch echt naar Boulogne, hoewel hij er na zijn fontein vast wel eens om heeft moeten glimlachen. Vasari, meestal scheutig met dit soort ongerijmdheden, maakt er echter geen gewag van. Bij hem ontmoeten we Giambologna alleen maar in gezelschap van Michelangelo. |
Neptunus op het droge
- Gegevens
(Leestijd:
2 - 4 minuten)
Mijn reacties
Abonneren