(Leestijd: 4 - 7 minuten)

Stichting André Volten
Jaap Wertheim, voorzitter van de stichting, lichtte in het kort de doelstellingen en werkwijze van de stichting toe. Na hem hield Gijs van Tuyl, de huidige directeur van het Stedelijk Museum Amsterdam, een korte kunsthistorische en filosofische inleiding over de relatie van dit beeld met andere werken van André Volten in Amsterdam. Hij noemde met name de maatvoering: de hoogte van 13,50 meter die gelijk is aan de hoogte van de zuil op het Frederiksplein, en de lengte van de liggende as van 18 meter, die gelijk is aan de doorsnede van Voltens cirkel voor de Stopera.  ‘Een aardige coïncidentie’ noemde hij dat. En vervolgens weidde hij uit over de begrippen horizontaal en verticaal.

Na hem sprak Hans Gerson, algemeen directeur van het havenbedrijf, enkele woorden over de motieven om het beeld te verwerven. Hij antwoordde geestig op Van Tuyl’s horizontalen en verticalen ‘dat wij daar in de haven alles van weten: je hijst tenslotte iets verticaal uit het ruim en transporteert het dan horizontaal verder’. Door deze kwinkslag opgewekt, begaf het gezelschap zich te voet naar het beeld, waar de symbolische onthulling volgde, door het ontmantelen van het naambord dat bij het beeld staat opgesteld.

HBO Zwolle W150Geschiedenis
In het boek André Volten, beelden voor de eigen ruimte, beelden voor de openbare ruimte, dat nu dankzij de Stichting herdrukt is, wordt het beeld als volgt beschreven:
“Voor de Christelijke HBO-instellingen in Zwolle (1983-1985) ontwierp Volten een terrasvormige voorplein bestaande uit een grote, gebogen cirkel, die de binnen- en buitenruimte in één gebaar verbindt. In het centrum van de cirkel staat een stalen zuil van 1350cm hoog, die zijn aanzet vindt in een even lange, liggende zuil en die via een cirkelvormige lus omhoog gaat. In dit ontwerp is een interssante variant op het schoolplein ontwikkeld, waarbij gebruiksruimte en representativiteit hand in hand gaan. Inrichting en beeld tonen een overtuigende eenheid.”
Het schoolplein bestaat niet meer, het beeld is verwijderd en door de HBO  overgedragen aan de Stichting André Volten. Deze vond voor het beeld een tijdelijk onderkomen op het Landgoed Anningahof bij Zwolle, waar het tijdens openingstijden van de tuin kon worden bekeken.

Rweg150808web W150‘Een overtuigende eenheid’
Nu is het dan aangekomen in Amsterdam. Er is een driehoekig perk aangelegd in de middenberm van de Radarweg. Daarin is het beeld geplaatst, in een lichte hoek ten opzichte van de as van de weg. Onder de grond is een fundering aangebracht van heipalen onder de grote lus en steltonplaten met korte stypen onder de liggende balk. Met een schoolplein heeft het niks meer te maken en het is nu de vraag of inrichting en beeld nog steeds ‘een overtuigende eenheid tonen’.
Wanneer je uit de richting van het Station Sloterdijk naar het beeld toeloopt, zie je als eerste de hoog oprijzende balk. Je uitzicht wordt niet belemmerd door omringende gebouwen en het beeld blijft fier zichzelf tussen de concurrerende lantarenpalen en verkeersborden, waar het ver boven uit stijgt. Dichterbij gekomen zie je de elegante bocht naar beneden toe, die overgaat in een zuiver horizontale lus, waarvan het liggende uiteinde  tot ver in het perk reikt.
Van de zijde ertegenover zie je eerst de liggende balk, die de as van het perk benadrukt. De balk wendt zich aan het einde met een liggende draai omhoog, waarbij de cirkelvormige lus visueel meewerkt om een gevoel van balans te krijgen. Zonder het daadwerkelijk te kunnen controleren lijkt het aannemelijk dat het beeld niet naar een van zijn zijkanten zal omvallen.
Een van de opvallendste kenmerken van het beeld, is dat het helemaal – dus ook in de lus - bestaat uit een vierkant, staafvormig lichaam, in weerwil van een eenvoudiger  constructief principe, de draad- of buisvorm zoals bij een paperclip. De vierkante doorsnede brengt je  vanzelf bij de volgende gedachte: als de armen van het beeld  daadwerkelijk even lang zijn, tekent het beeld feitelijk een half staand vierkant in de ruimte. Vanaf de zijkant gezien vormen de benen van het vierkant een kader waar wij doorheen kijken. Als een binnenrijm lijkt de cirkelvormige lus omsloten door een denkbeeldig horizontaal vierkant dat fungeert als contrapunt.
In deze geometrische vormen ligt de betekenis van het beeld besloten: het verwijst naar het menselijk bouwen, dat je kunt vertalen als: funderen en de hoogte zoeken, of als de menselijke maat ontstijgen. Je mag het ook lezen als een optimistische beeldspraak waarbij de liggende balk staat voor het nemen van de aanloop, de bocht voor het verzamelen van krachten om in de staande balk omhoog te kunnen rijzen.
Het spel van vierkanten, horizontalen, verticalen en cirkel wordt begrensd door het driehoekig perk, dat, zoals Wertheim in zijn toespraak zei, geïnspireerd is op de driehoekige tuin bij Voltens voormalige atelier aan de Asterweg in Amsterdam-Noord.

‘Gebruiksruimte en representativiteit’
Het driehoekige perk in de middenberm is erg dwingend, temeer omdat de rijbanen niet precies evenwijdig aan elkaar lopen. Het perk brengt dus een strenge ordening aan in het rommelige verloop van de middenberm, waarbij er zorgvuldig op is gelet dat een al te rigide symmetrie werd vermeden. Ongetwijfeld zal het geheel er over enige maanden anders uitzien, als de struiken gegroeid zijn, de grond nauwelijks zichtbaar is en de betonnen rand van het perk minder nadrukkelijk aanwezig lijkt dan nu het geval is. Waarschijnlijk zal het beeld zich dan ook vrijer verheffen binnen het betonnen kader.
Het beeld hoort binnen een architectonische omgeving, zoals aan de foto van het schoolplein duidelijk te zien is.

AnningahofDaarnaast toont de foto van de Anningahof dat het beeld in een park of tuin niet echt op zijn plaats is, het heeft behoefte aan een relatie met gebouwen en pleinen, kortom met een stedelijke ruimte.
Ten opzichte van de oorspronkelijke plaatsing op het schoolplein is het perk een compromis, maar waarschijnlijk het best haalbare: voor een vierkant of rond plein is hier geen ruimte genoeg, en de voormalige plek in Zwolle nabootsen lijkt zinloos. De Radarweg en omgeving zijn gestoffeerd met bomen en grasgazons, die het grootschalige karakter van deze havenwijk beklemtonen en het beeld resoneert vanzelf meer met de gebouwde omgeving, dan met het omliggende groen.
Natuurlijk was er nog de mogelijkheid geweest om het beeld zonder omgevend perk gewoon op de aarde te plaatsen. Maar dan was er geen enkele beveiliging geweest tegen het langskomende verkeer, en had het zich niet los kunnen maken van de wegen, fiets- en voetpaden eromheen.
Zonder het beeld op een sokkel te plaatsen, met toch voldoende afstand voor het verkeer, met genoeg zelfstandigheid als beeld en voldoende gerelateerd aan de architectonische omgeving, en met het driehoekige perk als onopvallende verwijzing naar Voltens fascinatie voor geometrische vormen, is het beeld letterlijk in ere hersteld.

Win-Win
De overdracht van het beeld heeft vijf winnaars opgeleverd. De eerste winnaar is het beeld zelf, doordat het zijn toekomst ziet veilig gesteld. De tweede winnaar is de nieuwe eigenaar, het Havenbedrijf, dat haar aanzien ziet groeien als drager van  cultuur. De derde winnaar is André Volten -ook al was hij dat al lang - nu opnieuw, omdat zijn beeld bewijst de blijvende waarde te hebben die hij het heeft toegedacht. De vierde winnaar is de Stichting André Volten die haar nijvere arbeid beloond ziet, en tevens met de verkoop van dit beeld financiële middelen heeft verworven om conform haar doelstellingen verder te werken. En de vijfde winnaar is de openbare ruimte, dat wil zeggen, wij allemaal die haar betreden, omdat het beeld nu echt openbaar is geworden.

1000 Resterende tekens