Lees ook eens: Gedachten op het weblog
1. 1e dia : Ontmoeting
I. Inleiding
Welkom bij Mandarte, Meer Zien in Moderne Kunst.
We bezoeken galerie Slewe waar werk van Karel Appel op dit moment wordt tentoongesteld. We zien panorama’s van drie meter breed en een meter hoog. Het werk in het echt. Verf in lagen, streken, klodders. Glanzend van de olie. Geen beeldscherm tussen ons in, geen offsetkleurendruk in een catalogus. Echt aanwezig. Levensgroot, één op één. Het werk is er echt en daarom ben jij ook echt. Dat is door geen boek of plaat te vervangen.
Laten we gaan kijken.
II. Het kunstwerk: Wat is er te zien
2. Onderwerp
Een landschap. In de verte heuvels, of misschien bergen. Op de voorgrond grazig groene weiden. In de middenpartijen is het gissen. Er zou een waterpartij kunnen zijn, met masten van boten en hun spiegeling in het water. Er zouden rode cipressen kunnen staan, of coniferen, of ander groen. De schilder vond het niet belangrijk. Het gaat om iets anders dan gelijkenis met de werkelijkheid. Het gaat om kleur en beweging. Om het licht. Om horizontaal en verticaal.
3. Formaat en materiaal
Het schilderij is vooral langwerpig, dat wil zegger veel breder dan hoog. Ongeveer drie keer de hoogte. Het voelt vooral als breed, als een panorama, niet als het portret van een landschap.
Het is olieverf op doek. Puur. Niet de olieverf van Rembrandts Clair-obscure, maar onverdunde olieverf als materie. Dik en dun op het doek gedrukt en gespoten en vervolgens uitgesmeerd. Sporen van het gereedschap, kwast en mes en spatel, gaan dóór de verf heen, waarbij de randen van de verf om het gereedschap heen krulden. De verschillende manieren van opbrengen geeft elke plek heeft zijn eigen karakter, zoals blijkt uit het detail, dat is uitvergroot op de achtergrond.
4. Vorm en compositie: perspectief
Het perspectiefbeeld heeft de opbouw van een panorama in drieën, een horizontaal drieluik.
In het midden loopt een paars pad steeds smaller naar de verte. Een beetje naar rechts. De meeste velden op het schilderij wijzen naar rechts. Als je drie belangrijke hoofdlijnen doortrekt merk je een verdwijnpunt, rechts net buiten het schilderij. Daar komen de gele en twee blauwe lijnen bij elkaar. De weg, de horizonlijn onder de bergen en de lijn van de bergtoppen naar rechts geven het schilderij zijn diepte. Heel onopvallend gecomponeerd maar vermoedelijk heel bewust. Het zou goed kunnen dat Appel eerst compositietekeningen heeft gemaakt.
5. Vorm en compositie: verte en lucht
Het schilderij is in twee horizontale stroken verdeeld. De bovenste, waarin alleen de bergen en de lucht, onderscheidt zich niet alleen in grootte maar vooral ook door de kleur van de rest. In de verte verliest het landschap zijn kleur en gaat over in bruin en zwart onder een grijsgrauwe bewolking.
6. Vorm en compositie landschap en nabijheid
De onderste horizontale strook is twee keer zo hoog als de eerste. Hij beslaat het middengebied en de voorgrond. Hier wordt het schilderij onderverdeeld in drie delen naast elkaar. Het onderscheidt zich van het bovendeel door de felle kleuren. De bovenste zone houdt de drie delen bij elkaar.
7. Kleur en gebaar, Links
Elk van de drie delen heeft zijn eigen specifieke kleuren. In het linkerdeel overheerst het bruin van de berg. In scherp contrast daarmee is het lichtblauw en zwartblauw, boven het lichte groen. Daarin steken rode lijnen omhoog. Alle kleuren zijn over elkaar heen gezet op het doek, rechtstreeks uit de tube. De onderste laag dringt nu en dan door naar de oppervlakte. Op een enkele plek wordt het rood uitgesmeerd door het blauwzwart heen, zonder een echte mengkleur te vormen. Dat blauwzwart zweeft als een wolk door het landschap. Niet het landschap speelt de hoofdrol, maar de verf die het dichtst bij de toeschouwer ligt.
8. Kleur en gebaar, Midden
Het middelste vlak bepaalt in feite het karakter van een landschap, door zowel de tekening als de kleuren. Tekenachtig zijn de golvende berg- en dal-lijnen, de vlakken die elkaar niet raken maar het midden openen, de rode vertikalen die naar buiten wijken. De kleuren versterken het perspectief van de tekening door het roze begin onderin, dat verloopt over lichtblauw en wit over het bruin en zwart heen, tot de lichtste grijzen van de lucht.
9. Kleur en gebaar, Rechts
Het rechterdeel heeft de staande roden als opvallend repoussoir dat niet alleen de dipte aangeeft, maar ook als bovenste verflaag op het doek ligt. Duidelijk wordt nu dat het wit en blauw uit het middendeel zich uitstrekt tot hier, en overschilderd is met zwart en paars en rood. Groene en gele vertikalen overlappen het blauw met witte, omhooglopende veld.
Er is een zekere woede in de aangebrachte kleuren, alsof het landschap zich niet wilde laten bedwingen. In dit deel maakt de schijn van spontaniteit plaats voor bijna wanhopige correcties, van de witte streken in de lucht en het rood en paars over het zwart.
III. Wat zou het kunnen betekenen? (interpreteer, associeer, =verwantschap)
10. Geschiedenis Siena
Op het fresco in Siena, dat het succes toont van een goed stadsbestuur, is Toscane in heel zijn gecultiveerde staat zichtbaar. Alle heuvels zijn overdekt met afgeperkte landerijen, in cultuur gebrachte bomen en bomengroepjes, rivierbedding en meertjes, wegen en paden in een heuvellandschap van 700 jaar geleden. Netter en degelijker van aanzien dan onze Limburgse heuvels nu. Toscane in de vroege renaissance, toen het leven nog goed was. Toscane als een aards paradijs. Geordend, netjes veilig. De eeuwige suggestie van rust, reinheid en regelmaat. Het leven als de zekerheid van een agrarisch logboek.
11. Geschiedenis, kraaien van Van Gogh
Vincent van Gogh schildert 130 jaar geleden een realistischer voorbeeld. De wind en opvliegende kraaien en een woud van wuivend graan. Een drieluik, dat Karel Appel zeker gekend zal hebben. Misschien heeft hij er wel aan gedacht, in Toscane, hoewel Appel de vliedende luchten van Vincent verving door zwartgerande heuvels. De verfstreek is er, niet zo staccato georkestreerd als bij Van Gogh, maar Jazzy, improviserend met lange schelle uithalen en korte basale tonen. Voor Karel Appel is er geen nabootsing, maar snelheid en beweging. Dat ontstaat in het persoonlijke gebaar, letterlijk de lichaamshouding, de hand die het penseel voert, de spanning in de arm, de spieren in de nek, de kramp van de schouders. Onopzettelijk als een handtekening.
12. Gerhard Richter, Parkstück 1971
Het Parkstück van Gerhard Richter is heel erg groot: ruim 3 x 3 meter, bijna 2 x zo hoog als de mens. De kwaststreken zijn immens en je moet flink afstand nemen wil je de voorstelling kunnen onderscheiden. De negentiger jaren van de twintigste eeuw brengen in de beeldende kunst een radicale stroming tegen de zogenaamde modernen, als bijvoorbeeld Mondriaan. Karel Appel citeert intensief kunst uit de geschiedenis op een nadrukkelijk materiële manier. Het is alles verf en gebaar, het afwijzen van één mogelijke uitkomst en het onderzoeken van kunstwerken in series. In de Toscaanse horizonnen doet Karel Appel niet onder voor Gerhard Richter.
13. Nr19 Goud
Kunst komt nooit zomaar uit de lucht vallen, dat weten wij. Op iemands schouders staan heeft zo zijn voordelen. Een ervan is dat je de kans loopt een thema te vinden waarmee je eindeloos verder kunt. Er hangen nog vier Toscaanse landschappen van Appel in galerie Slewe. Ik laat ze hier langskomen in de volgorde van de galerie. Daar hangen ook nog een aantal kleine werken, zo mogelijk nog Toscaanser. Ik zou ze gaan bekijken. Het leven wordt opeens een stuk zonniger. In deze nummer 19 klimt het goudgeel achter de kim omhoog uit de ochtend, zoals ik het eens zag in de heuvels van de Marche, hemelsbreed een paar kilometer naar het westen.
14. NR27 Blauw
Nummer 27 is blauw en je mag er watervallen in herkennen of blauwe bomen, rode bergpaden en witte rotsen. Het landschap is onherkenbaar geworden maar nog wel landschappelijk, een panorama dat de heldere compositie van nummer 19 heeft ingeruild voor een ritme van kleurvlakken.
15. Nr28
In Nummer 28 is nog minder landschap te vinden maar des te meer beweging en kolken van kleur en verfstreken. De heuvels hebben wat weg van de bulten van Lorenzetti, in de kleuren, het achter elkaar liggen, het overlappen, naar het blauwe verteperspectief toe. De verfstreken zijn langer en slepender, je zou zomaar kunnen denken aan jonge Italiaanse schilders als Enzo Cuchi en Francesco Clemente. Maar Karel Appel schildert geen personen in zijn doeken en zijn verfbanen dragen klanken van koperblazers.
16. Nr30
Nummer 30, met zijn dubbele rij heuvels, brandt als het braambos met het diepste zwart van verkoold hout. Ondanks het hele beeldkader dat Karel Appel meedraagt, met alle eeuwen landschappen die hij heeft gezien, behoudt hij nog steeds zijn vrijheid. Deze schilderijen zijn geen experimenten maar demonstraties. Toonbeelden hoe het na zeven eeuwen landschapschilderen nog steeds anders kan, fris, nieuw en vitaal.
IV. Slotsom
Wat is het belang voor mij, voor ons? (maatschappelijk, kunsthistorisch, privé)
17. No.18 opnieuw
Het hele schilderij zindert van beweging. De verfstreken zijn bepalend. Ze doen hun best om vlakken te vormen, maar geen enkel vlak is scherp begrensd. Op de bergen na, liggen alle kleurvlakken over elkaar heen en elk kleurvlak lijkt op een toevallige plek terechtgekomen. Dat het geen toeval is en niet alleen spontaniteit blijkt wanneer je een willekeurig vlak zou willen verschuiven. Dan ontdek je dat die verschuiving het hele schilderij geweld aan zou doen.
Geweld is in deze beschouwing wel een goed woord. De agrarische vernietiging in Toscane van het natuurlijk ecologisch systeem karakteriseert het land waaraan het grootgrondbezit al eeuwen zijn wil oplegt. Karel Appel heeft een compositie in het schilderij gelegd die de menselijke ingreep in het Toscaanse landschap spiegelt.
V. Nawoord
Karel Appel behoudt ondanks zijn sterke besef van de traditie, de ultieme vrijheid en openheid ten opzichte van de voorstelling. Die vrijheid wordt gevierd met een ongebreidelde vitaliteit. Het vraagt van ons hetzelfde. Om met dezelfde openheid het geschilderde voorbeeld tegemoet te treden. Als dat lukt, wordt het echt genieten.
VI. Bronnen
1) NRC
https://www.nrc.nl/nieuws/2021/04/21/bevrijd-karel-appel-a4040740
2) Galerie Slewe
Karel Appel Horizon of Tuscany, catalogus van de tentoonstelling, met tekst van Rudi Fuchs en afbeeldingen van de Karel Appel Foundation. ISBN 978-90-806219-5-4
3) Lyotard
Lyotard, Jean-Francois (2009), Karel Appel, Un geste de couleur. Leuven, University Press ISBN 978 90 5867 756 3, met name deel 17, p.110 t/m p.188
Appel
Beste Jeroen,Dank voor het onder mijn aandacht brengen van de horizonten van Appel.
Ik geniet er van ,
Eerder las ik een soort rehabilitatie van Appel in de VK. Al metal reis ik daardoor binnenkort af naar Amsterdam om dit alles in het "echie" te zien..
Dank!
Ron Oudt
Abonneren
Rapporteer
Mijn reacties