Galerie Fons Welters maakte naam door zijn kwaliteit om jonge, getalenteerde kunstenaars te tonen terwijl ze nog relatief onbekend zijn.
Ahn Trần is een jonge kunstenares, dit jaar nog resident aan de Rietveld Academie in Amsterdam.
Het werk van Anh Trần treft me. Er is iets wat me doet blijven staan. Ik weet nooit precies wat, dat blijkt pas als ik er langere tijd naar kijk. Liefst alleen, in stilte, zodat de woorden langzaam kunnen komen. Vroeger noemde ik het schoonheid, in de overtuiging dat het vooral iets moois moet zijn, wat je bij een kunstwerk doet stilstaan. Colleges esthetica verder, weet ik dat ‘schoonheid’ en ‘mooi’ erg vage begrippen zijn. Er is bij mij ook altijd herinnering in het spel, hoe onbewust ook. En eigenheid van de kunstenaar die ruimte laat voor mijn eigen gevoel. Het werk van Anh Trần is voor mij vaag verbonden met dat van Cy Twombly. Anh is niet zo figuratief als Cy, maar haar handschrift is net als bij hem, nadrukkelijk eigen. Beiden schilderen landschappen waar ik naar binnen kan.
The rescue will begin in its own time Anh Trần 2022
olieverf, acrylverf, spuitverf en vinyl op linnen 224 x 500 cm (Foto: Galerie Fons Welters)
Wat is er te zien?
Een vijf meter breed landschap, meer dan manshoog. Een bovenwereld en een onderwereld. Horizontale scheidslijn in het midden. Op de scheidslijn een oranje-gele bodem als een zandstrand, waarop veel gebeurt. Op het onderstuk net zo’n bodem waarop zo veel gebeurt, dat de overkant verborgen is. De onderste wereld zou je kunnen interpreteren als een onderwaterwereld, terwijl het landschap erboven laat zien wat er in onze werkelijke wereld gebeurt. Of was het doek te smal en hoort het bovenstuk eigenlijk naast het onderstuk?
Een landschap herken je altijd meteen aan de horizon, maar hier is de horizon de bodem van de bovenliggende schildering. Misschien geven de kleuren een aanwijzing. Het oranjegeel lijkt de onderste laag te zijn, en tevens de basis die alles draagt, in boven- en onderschildering. Op het geel is bruin gezet en hier en daar wat groen, als aarde en bossages. Boven het bruin en het groen is het blauw van de lucht. Tot dusver gedragen de kleuren en de compositie zich als een traditioneel landschapsschilderij. Maar gedeeltes zijn overgeschilderd met een zacht roze, dat wat eronder ligt door de kleur heen laat schemeren. Op de bovenwereld is in dat roze een tekst gezet, (Hello?), in ons westerse alfabet, niet goed leesbaar door de witte verf die er als een mist overheen ligt.
In de onderwereld ligt aan de rechterkant een berg met een holle doorkijk in roze, die zich verbindt met het roze links. Er zijn enkele sporen van het onder- naar het bovenschilderij, zowel in roze, bruin en blauw, maar meer dan de verbinding leggen tussen boven en onder doen ze niet.
Dan, schijnbaar als laatste aangebracht, over en door de natte verf, kronkelen blauwe slierten, in de onderwereld als zeewier, maar in de bovenwereld als Romeinse wagenmenners die hun zweep over de paarden laten knallen tijdens een serieuze wedren. De blauwe lijnen geven door hun doorgaande beweging onmiskenbaar dynamiek aan het schilderij. Beneden rechts beginnen ze als dichte krullen die naar links toe steeds verder ontrafelen en ontwarren, boven rechts doorgaan en zelfs splitsen in twee groepen, die bijna parallel aan elkaar de witte wolken binnengaan. Daar ontstaat vooral meer diepte in het schilderij, dat zich beneden en rechts voordoet als een gesloten aanzicht.
Wat kan het betekenen?
Nergens is een aanwijzing die mijn interpretatie onderbouwt. Het kan net zo goed een niet-figuratief schilderij zijn, waarin het alleen draait om kleur, vlak en lijn. Een abstract werk, in foutief maar algemeen erkend taalgebruik. (foutief omdat ‘abstract’ feitelijk betekent: niet stoffelijk bestaand, alleen overdrachtelijk. ‘Liefde’ bijvoorbeeld is abstract, ‘verf’ is altijd stoffelijk.)
Gespecialiseerd in niet-figuratieve kunst, ben ik diep doordrongen van onze menselijke neiging om altijd, in elk kunstwerk, in onszelf op zoek te gaan naar een figuratief beeld, een ervaring of een herinnering, die het mogelijk maakt het kunstwerk onder te brengen in een van onze eigen, persoonlijke visuele categorieën. Dat wordt bedoeld, vermoed ik, met de hedendaagse, overmatig vaak gebruikte term “verbinding”. Door een kunstwerk dat ons echt raakt, wordt de categorie opgerekt. We voegen een nieuwe ervaring toe die onze innerlijke collectie rijker maakt.
Misschien zijn de lijnen in Anh's schilderij tekens, of is het een schrift. Dat brengt me bij de categorie ‘Twombly’. Tegelijk kan ik er niets anders van maken dan een supergroot, onbestemd landschap: deze wereld is groot en grenzeloos. Dat breidt de categorie ‘Twombly’ - die ook enorme landschappen schilderde - uit met de categorie ‘landschap’. Het landschapsschilderij is al eeuwen lang onze poging om grip te krijgen op de wereld.
Note I, 2007
Lexington, Virginia
Cy Twombly
Acrylic on wooden panel
243.8 x 365.8 cm
Foto: http://www.cytwombly.org/artworks/paintings
En dan is er nog een kunsthistorische categorie ‘abstract expressionisme’ waarvan ik me bewust word bij Ahns werk, omdat het me doet denken aan landschappen die ik ken van Willem de Kooning. (zie https://www.mandarte.nl/mzmk/498-willem-de-kooning-rosy-fingered-dawn)
Rozevingerige dageraad te Louse Point 1963
Willem de Kooning
Olieverf op doek 207 x 181.5cm
Foto: Stedelijk Museum Amsterdam
De titel
Tenslotte is er nog de titel: The rescue will begin in its own time (De redding zal op zijn eigen tijd beginnen.) Dat is een letterlijk citaat uit de vierde van vier korte teksten van Franz Kafka, die vertaald zijn naar het Engels en in 2020 uitgegeven. Het kan niet anders of Anh heeft het werk gelezen dan wel de podcast beluisterd met Ben Okri. In de laatste tekst van Kafka zijn twee celgenoten met elkaar in gesprek, waarvan de een overtuigd is dat hij gered zal worden. Hoe en wanneer is niet belangrijk voor hem, het zal zeker gebeuren. De allerlaatste zin van het fragment luidt:
“Je zou natuurlijk kunnen zeggen dat de kapitein gek is geworden door gevangenschap. De cirkel van zijn denken is zo verkleind dat er nauwelijks ruimte is voor een enkele gedachte.”
De eerste tekst is gewijd aan de straf van Prometeus. Zeus strafte Prometheus en de mensen voor de diefstal van het vuur uit de hemel. Hij werd vastgeketend aan een zuil in de bergketen Kaukasus en elke dag kwam de adelaar Ethon zijn lever uitpikken en opeten. 's Nachts groeide de lever weer aan, zodat de kwelling opnieuw kon beginnen.
Kafka vertelt - in tegenstelling tot de antieke versies - hoe de adelaar tenslotte Prometheus vergeet, hoe de goden hem vergeten en hoe hij zelf vergeet waarom hij daar was, en dat Prometheus tenslotte een wordt met de rots waaraan hij vastgeketend was.
Kafka’s laatste zin van dit fragment luidt:
“The real riddle was the mountains.” (Het echte raadsel waren de bergen.)
(zie ook: https://www.newyorker.com/magazine/2020/06/29/the-rescue-will-begin-in-its-own-time)
Anh Trần
Anh Trần (b. 1989, Bến Tre Vietnam) woont in Tāmaki Makaurau/Auckland). Zij werkt met verschillende schildersmethoden en materialen om de complexiteit van de fluctuerende afstand tussen hedendaagse schilderkritische discoursen en niet-westerse of hybride schilderspraktijken aan te pakken, en de uitdagingen voor niet-westerse schilders om zich met deze verhouding bezig te houden. Haar praktijk is gebaseerd op een schilderkunstige taal die reageert op spontane energie en sensaties. Trần ontving een Master of Fine Arts-graad met eersteklas onderscheiding van Elam School of Fine Arts, University of Auckland, en een bachelor's graad in beeldende kunst van Unitec Institute of Technology, Auckland. Ze is opgenomen in tentoonstellingen in Galerie Fons Welters, Amsterdam; Kunstruimte Aotearoa, Auckland; Raamgalerij, Auckland; Demogalerij, Auckland; en RM-galerij, Auckland. Ze was artist-in-residence aan de Rijksacademie, Amsterdam, en ontving in 2016 de Henrietta en Lola Anne Tunbridge Scholarship.
De deelname van Anh Trần aan de 58e Carnegie International wordt ondersteund als onderdeel van het Dutch Culture USA-programma door het Consulaat-generaal van Nederland in New York.
(Deze nagenoeg onleesbare tekst is geschreven door het Carnegie Museum of Art bij de 58e Carnegie International, die loopt van Sept 24, 24 september 2022 tot en met 2 april 2023 op verschillende locaties.)
In een interview van Martin Germann bij de tentoonstelling in Amsterdam spreekt Anh zich uit in normale mensentaal en vermijdt dergelijke hoogdravende teksten. Ze vertelt hoe ze schildert met het doek op de grond, hoe ze haar schilderen als een lichamelijke activiteit ervaart, bijna een dans of een performance, van haarzelf, het doek en de kwast. Ze vertelt over haar speciale verhouding met het westen, haar ontdekking van de abstracte schilderkunst uit het Amerika van direct na de Vietnamoorlog en waar ze wel en niet aan denkt tijdens het schilderen.
Zie: https://www.fonswelters.nl/exhibitions/44981/anh-tran-now-that-we-have-settled-by-the-water-s-edge/about/
Conclusie
Er is veel in de schilderijen van de tentoonstelling dat mij waarschijnlijk ontgaat. Ik ben nooit in Vietnam geweest en ken het landschap niet, hoewel ik vermoed dat dit landschap voor Anh vooral Vietnam is. Maar misschien ook wel het gebergte van Prometheus. Is dan de schriftuur echt westers? Is het abstract expressionistisch, of zoals zij zelf zegt, ja en nee. Met andere woorden: er is inderdaad veel invloed te vinden van alles wat zij bestudeerd heeft en dat zij hier mengt met een nog twijfelende eigenheid.
In vergelijking met Cy Twombly en Willem de Kooning is haar werk aarzelend. Dat is geen wonder en tegelijk hoopvol. Het heeft de druk van grote voorgangers weerstaan en ruimte gevonden voor eigenheid. Alleen daardoor zijn er al meer lagen zichtbaar in het werk. Hoe het met haar verder gaat zal de tijd leren.
De betekenis van haar werk zou inderdaad wel eens kunnen liggen in de poging die zij doet om het verre oosten met het westen te verzoenen. Het hier besproken schilderij krijgt nog meer kracht door de aanwezigheid van haar andere werken in de tentoonstelling. Er zijn nergens oorlogstaferelen of ander figuratieve spektakels. Ondanks haar Vietnamese afkomst, onze tijd die barst van de oorlogsgames, selfies, influencers en miljoenen digitale foto’s blijft zij haar eigen ‘abstractie’ trouw.
Precies zoals Kafka schrijft is er niet één mogelijke interpretatie van haar werk mogelijk, maar zijn er vele, vele opties. Voorlopig zal ik met mijn twijfels moeten leven. Maar er is een troost: The rescue will begin in its own time.
Galerie Fons Welters nog t/m 19 november 2022